Vandaag ontstond er een conflict tussen mij en een collega –
toen ik iets ging vragen dat de collega niet in staat was mij te geven. Ik
stelde mijn vraag en ik zag dat de collega meteen zenuwachtig werd – mogelijks omdat
ik haar stoorde in haar werk. Ik interpreteerde haar reactie/antwoord in ieder geval met
een ondertoon van kwaadheid en hierop ging ik in zelfverdediging en begon ik
luid te praten als om te tonen dat ik mezelf niet laat omver praten.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegelaten en geaccepteerd
mijn vraag op een wijze te hebben gesteld dat de college niet meteen kon zien
waarom ik deze vraag aan haar stel.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegelaten en
geaccepteerd mezelf gespannen te hebben gevoeld vanaf het moment dat ik zag dat
ze zenuwachtig reageerde.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegelaten en
geaccepteerd in inferioriteit te hebben gereageerd toen ik zag dat de collega
zichzelf geïrriteerd maakte naar aanleiding van mijn vraag – ipv mij te
realiseren dat dit de beslissing van de collega is en daar heb ik niets mee te
maken.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegelaten en
geaccepteerd mij schuldig te hebben gevoeld dat ik de collega deze vraag
gesteld had ipv mij te realiseren dat dat net het doel was van de manipulatie.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegelaten en
geaccepteerd mij te hebben gevoeld alsof ik iets verkeerd gedaan had ipv mij te
realiseren dat ik hooguit mijn vraag beter had kunnen formuleren en de ander
beter in beschouwing had kunnen nemen.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegelaten en
geaccepteerd reeds in inferioriteit en lichte angst bestaan op het moment dat
ik naar de collega toe stap – uit angst voor alle mogelijk zaken die zouden
kunnen gebeuren en voor alle mogelijke reacties die de collega zou kunnen
hebben.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegelaten en
geaccepteerd mijzelf in deze anticipatie reeds minder te hebben gemaakt dan de
collega ipv gelijk te staan en mij te realiseren dat ik met een deel van mezelf
communiceer.
Ik sta mezelf toe comfortabel te zijn met anderen als mezelf
en sta mezelf ook toe op een duidelijke en assisterende manier te
communiceren.
Ik realiseer me en begrijp dat in het communiceren met een
ander als mezelf ik ook geduld aan de dag moet leggen en dat ik verantwoordelijk
ben voor hoe ik communiceer en dat ik steeds verantwoordelijk ben voor mezelf.
Ik realiseer me en begrijp dat ik steeds mezelf hier kan
brengen in adem en dat het absurd is bang te zijn door een eventuele reactie
van een collega. De kans dat er mijn werkelijk iets zal overkomen is
onwaarschijnlijk klein en dus is het ok om los te laten van mijn defensie en overlevingsmechanismen.
Ik respecteer mezelf en de collega een en gelijk.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegelaten en
geaccepteerd de collega willen kalmeren.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegelaten en
geaccepteerd kwaad te zijn dat de collega zo reageerde want ‘dat was nergens voor nodig’ – ipv mij te realiseren dat ik de volledige context van de collega
niet ken.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegelaten en
geaccepteerd de kwaadheid door middel van een grapje willen opvangen ipv mij te realiseren dat dit inferioriteit
is en dat ik bang ben eenvoudig recht vooruit te communiceren.
Ik realiseer me en begrijp dat ik met directe communicatie
niets te verliezen heb – ik zal er enkel tijd mee winnen en uiteindelijk zal het
voor anderen ook gemakkelijker worden om met mij te communiceren.
Wanneer en als ik zie dat een ander kwaad wordt omwille van
een input die ik vraag of gelijkaardig – dan adem ik in mezelf en sta ik mezelf
toe te staan in het principe van duidelijke communicatie. Ik push mezelf om
hier te staan in duidelijkheid – ongeacht hoe de ander reageert – en mezelf te
focussen op het zo duidelijk mogelijk overbrengen van de informatie en de ander
assisteren met het begrijpen van de boodschap.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten