Vandaag stelde F onverwacht voor dat
we samen 10 minuten zouden schetsen. Ik had in geen jaren meer geschetst en
vond dit een goed idee.
We kozen een voorwerp uit in de
kamer, gingen er rond zitten en begonnen te tekenen.
De gedachten die in mijn hoofd
opkwamen, waren dat ik een goede tekening wilde maken.
Ik was gefocust op de juiste positie
van het voorwerp op mijn blad.
Echter mijn aanpak was niet voorzien
op een tijdspanne van 10 minuten – maar eerder op een halfuur of langer. Ik
begon te veel te focussen op de structuur van de compositie en hoe alle lengten
zich tegenover
elkaar verhouden.
Terwijl ik tekende en mezelf reeds
focuste op het detail van bepaalde structuren, kwamen er ook gedachten in me op
van opwinding: “Mijn tekening zal beter zijn dan die van F”.” F. Zal onder de
indruk zijn van mijn tekening en hoe ik de structuur goed kan weergeven.” “Het
is ongelooflijk hoe goed ik kan tekenen.” Er was in mij reeds het verlangen om
de tekening te tonen aan F.
Ik zag ook hoe ik in mijn geest de
keuze maakte om eerder te focussen op de structurele aspecten van het voorwerp
en niet de expressieve/organische delen – waar ik in feite niet aan toe kwam.
Alsof de structuur belangrijker is dan de expressie. Ik wilde zeker zijn dat
mijn verhoudingen klopten.
Dit is ook interessant vanuit het
oogpunt dat ik al mijn aandacht zal schenken aan datgene waarvan ik weet dat ik
er goed in ben en ik zal mezelf het excuus geven, ja maar ik doe dat gedeelte
graag. Maar ik zal datgene waarvan ik denk dat het uitdagender is, voor op het
einde houden.
Naderhand gaf F me de commentaar dat
de tekening was zoals mijn persoonlijkheid. Heel strak en gecontroleerd, alsof
ik mezelf terughoud.
Ik merkte in mezelf
teleurgesteldheid en een vorm van zwaarmoedigheid achteraf.
Zelfvergeving:
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd een verwachting te creëren tov mijn eigen tekening.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd niet tekenen vanuit een oogpunt van zelfexpressie,
maar eenvoudig ‘de beste willen zijn’.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd mezelf enkel focussen op die dimensies waar ik goed
in ben zodat ik zeker ben dat mijn tekening ‘de beste zal zijn’.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd een positieve energie te verbinden met de tekening
als iets dat ik bereikt heb en dat boven mij staat.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd denken en geloven dat mijn tekeningen ‘perfect’ zijn
en ‘perfectie’ uitdrukken op een manier waar ik anders niet toe in staat ben.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd het tekenen te gebruiken als een middel om in
competitie te gaan en zeker te zijn dat ik win.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd het tekenen superernstig te nemen alsof het gaat om
een duel.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd mijn tekenstijl te verbinden met mijn eer.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd het maken van een tekening te zien als het
verdedigen van mijn eer.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd de tekening veel te zwaar aan te pakken ipv mezelf
los te laten en het volledige voorwerp gestalte te geven.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd een agenda te hebben wanneer ik teken – ipv eenvoudig
te
tekenen wat hier is.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd mezelf te laten sturen door ‘mijn oude
tekengewoonten’ ipv als mezelf de tekening richting te geven.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd om bij het tekenen bang te zijn om fouten te maken.
Ik engageer mezelf ertoe om wanneer
en als ik mezelf zie tekenen vanuit angst, mezelf te stoppen en te ademen en
mij te realiseren dat het erop aankomt als mezelf te tekenen en niet ‘een
correcte tekening te maken’.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd bang zijn dat mijn verhoudingen niet zouden kloppen.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd ‘een juiste tekening’ te hebben willen maken – ipv te
focussen op ik die geniet van het maken van de tekening als een fysieke
activiteit zonder gedachten en projecties in mijn hoofd – maar louter hier in
het moment.
Ik engageer mezelf ertoe om wanneer
en als ik mezelf zie gaan in een beheerste modus, mezelf te stoppen en te ademen
en eerder te focussen op de expressie van het geheel ipv de tekening te
proberen controleren.
Ik engageer mezelf ertoe om te
tekenen op een manier die aangenaam is voor mezelf ipv te denken aan hoe de
tekening door anderen ervaren zal worden.
Ik engageer mezelf ertoe om wanneer
en als ik competitiegedachten in mezelf zie opkomen, mezelf te stoppen en
ademen en mij te realiseren dat ik op deze manier mezelf minder maak dan de
tekening en ik mijn eigenwaarde weggeef – ipv mezelf onvoorwaardelijk te
waarderen als wie ik ben – dan wordt de competitie irrelevant want ik waardeer
mezelf
ongeachte het resultaat van wat ik doe.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd mijn tekening te zien als niet goed genoeg en als ‘gefaald’
omdat ik niet de reactive bekwam die ik gewild had.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd mezelf te zien als minder dan mijn partner omdat ik
denk dat ik gefaald ben in mijn opzet om het voorwerp volledig te tekenen.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd het maken van de tekening te veroordelen als
tijdsverlies want de tekening was niet interessant voor F.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd vasthouden aan deze vorm van zelfmedelijden omdat
een ander mijn tekening niet bijster interessant vond – terwijl ik denk: maar
het is toch zo slecht niet?
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd defensief te zijn mbt mijn tekening en te denken dat
het een kwestie van smaak is en dat de ander mijn tekening niet goed
beoordeelt.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd mezelf te zien als niet goed genoeg omdat ik geloof
dat mijn tekening niet het summum van perfectie bereikt heeft – en omdat ik de
feedback van F ervaar als ‘negatief’ als ‘het is een slechte tekening’.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd tijdens het tekenen positieve verwachtingen op te
bouwen en mezelf op te blazen en toen mijn verwachtingen niet werden ingelost,
stuikte ik van binnen in mekaar als een lege ballon.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd energie te hebben gebruikt om te tekenen.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd mezelf te hebben gemotiveerd met gedachten dat mijn
tekening indrukwekkend zal zijn voor de ander, ipv eenvoudig te tekenen als een
expressie van mezelf.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd in een vorm van depressie en negativiteit te gaan
omdat ik niet de feedback kreeg die ik verwacht had.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd een verwachtingspatroon te hebben gecreeerd dat
wanneer ik een tekening maak, anderen positief zullen reageren en indien ze
niet positief reageen dan voel ik me slecht over mezelf.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd het maken van een tekening afhankelijk te maken van ‘het
krijgen van positieve feedback’ ipv mij te realiseren dat dit een beperking is
van mezelf en dat ik op deze manier niet mezelf stuur maar mezelf laat sturen
door energie.
Ik realiseer me en begrijp dat als
ik mijn expressie en wie ik ben afhankelijk maak van het krijgen van positieve
feedback, dan maak ik mezelf een slaaf van anderen en vind ik nooit mijn eigen
onvoorwaardelijke expressie.
Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb
toegelaten en geaccepteerd mezelf een slaaf te hebben gemaakt van het krijgen
van positieve feedback van anderen – ipv mezelf onvoorwaardelijk uit te drukken
gebaseerd op wie ik ben.
Ik engageer mezelf ertoe de energie connectie
los te maken en te treden in het onbekende als onverwachte zelf-expressie.
http://lite.desteniiprocess.com